U bent hier
Vande Lanotte neemt opnieuw loopje met de waarheid.
N-VA Oostende vindt de reactie van Johan Vande Lanotte op hun actie van gisteren, rond het wanbeheer van het Kursaal, misplaatst en onjuist. Vande Lanotte suggereert dat Vlaams minister Bourgeois verantwoordelijk zou zijn voor de malaise bij N.V. EKO. De oorzaak voor het eigen wanbeleid bij iemand anders leggen is flauw. Temeer omdat minister Bourgeois ten tijde van de renovatie niet eens bevoegd minister was. Opnieuw probeert Vande Lanotte de Oostendenaars een rad voor de ogen te draaien.
“Vande Lanotte probeert de indruk te wekken dat huidig Vlaams minister voor erfgoed, Geert Bourgeois, mee verantwoordelijk zou zijn voor het jarenlange wanbeleid rond het Kursaal. Dit terwijl het de renovatie dateert uit de paarse periode.” aldus Manu Beuselinck.
In die periode werden diverse subsidies toegekend voor de restauratie door Renaat Landuyt (SP-A) bevoegd voor toerisme en Paul Van Grembergen (Spirit) bevoegd voor erfgoed. “Als Vande Lanotte dus vindt dat hij te weinig subsidies heeft gekregen, moet hij z'n partijgenoten aanspreken die toen bevoegd minister waren.” aldus Manu Beuselinck. “Ik zie dan ook niet in, hoe minister Bourgeois verantwoordelijk kan zijn voor dit dossier dat dateert van voor z'n aantreden als bevoegd minister voor toerisme en erfgoed.”
N-VA Oostende wijst er nog op dat de renovatie van de kiosk op het Wapenplein én van het postgebouw er wel komt dankzij het geld dat minister Bourgeois heeft vrijgemaakt. Ook de nieuwe jeugdherberg komt er dankzij minister Bourgeois. Ook al wil Vande Lanotte het tegendeel insinueren, minister Bourgeois heeft net heel veel aandacht voor Oostende.
“Blijkbaar heeft onze actie doel geraakt. Maar dat is nog geen reden om opnieuw uit hetzelfde vaatje te tappen en de Oostendenaars opnieuw een rad voor de ogen te draaien. Na meer dan 12 jaar in Oostende aan het roer te staan, is het nogal flauw om de schuld bij een ander te willen leggen. Het is hoog tijd dat de socialisten in Oostende de hand in eigen boezem steken.” besluit Beuselinck.